In Zwijgplicht verdiept Helen Vreeswijk zich in de wereld van enerzijds een oude vrouw, Joke Drenth, en anderzijds in het leven van een tiener, Arjan de Haan. Het wordt al meteen duidelijk hoe de verschillende verhaallijnen met elkaar worden verweven. Arjan komt immers stage lopen in het verzorgingstehuis De Waterlelie, waar Joke al jaren ‘vast zit’. Het personeel ziet Joke als een demente dame die daarnaast fysiek erg zwak is. Aan de lezer wordt echter meteen duidelijk gemaakt dat Joke niet het zwakke mensje is dat ze pretendeert te zijn, maar dat ze in feite ze nog erg goed bij de pinken is. Joke houdt het reilen en zeilen in het verzorgingstehuis scherp in de gaten. Ze merkt dat er vreemde dingen gebeuren en dat er bewoners onder verdachte omstandigheden om het leven komen. Haar theorie is dan ook dat die bewoners een voor een worden omgelegd door de ‘ratten’, die zowel van binnen als van buiten het rusthuis komen. Joke dankt haar scherpe intuïtie aan haar ongewone verleden …
Lees verder
In Zwijgplicht verdiept Helen Vreeswijk zich in de wereld van enerzijds een oude vrouw, Joke Drenth, en anderzijds in het leven van een tiener, Arjan de Haan. Het wordt al meteen duidelijk hoe de verschillende verhaallijnen met elkaar worden verweven. Arjan komt immers stage lopen in het verzorgingstehuis De Waterlelie, waar Joke al jaren ‘vast zit’. Het personeel ziet Joke als een demente dame die daarnaast fysiek erg zwak is. Aan de lezer wordt echter meteen duidelijk gemaakt dat Joke niet het zwakke mensje is dat ze pretendeert te zijn, maar dat ze in feite ze nog erg goed bij de pinken is. Joke houdt het reilen en zeilen in het verzorgingstehuis scherp in de gaten. Ze merkt dat er vreemde dingen gebeuren en dat er bewoners onder verdachte omstandigheden om het leven komen. Haar theorie is dan ook dat die bewoners een voor een worden omgelegd door de ‘ratten’, die zowel van binnen als van buiten het rusthuis komen. Joke dankt haar scherpe intuïtie aan haar ongewone verleden in het criminele circuit. Die informatie houdt ze echter verborgen uit vrees om alsnog geïdentificeerd te worden. Maar dan komt Arjan op de proppen, die ze vertrouwt, met wie ze haar verleden deelt en die ze inschakelt om de ratten te ontmaskeren.
Het beeld dat we van Arjan krijgen, is dat van een jongen die ogenschijnlijk onverschillig is. Arjan heeft het thuis echter erg moeilijk: zijn broer is van de ene dag op de andere het huis uitgegaan vanwege de conflicten tussen zijn ouders. De ruzies bij Arjan thuis zijn erg theatraal en worden wat overdreven voorgesteld. Steeds weer komt het erop neer dat de vader zowel zijn vrouw als kind als minderwaardig beschouwt. Arjans ouders zijn stereotypen: de vader is de tiran die anderen laat buigen, de moeder is de naïeve huisvrouw die zichzelf helemaal opoffert en vlucht in drankmisbruik.
Ook de andere personages in Zwijgplicht missen diepgang en originaliteit. Arjan is een typische puber die uiterlijk ‘cool’ is, maar in feite een groot hart heeft; Joke is een oude dame die niet op haar mond is gevallen maar toch erg in het verleden leeft enz. Andere personages krijgen steeds een uitgebreide achtergrond en eigenschappen mee die echter niets aan het verhaal bijdragen. Ze worden te veel uitgewerkt voor het aandeel dat ze in het verhaal hebben, maar ze worden aan de andere kant te weinig uitgewerkt om diepgang aan het personage te geven.
Aan de rest van het verhaal hapert er ook het een en ander. Het verhaal sleept te lang aan voor er echt sprake is van een ontknoping (wie zijn die ‘ratten’ in het rusthuis? Wat heeft Joke in het verleden meegemaakt? En hoe loopt het af met Arjans familie?). Het einde geeft antwoord op die vragen, maar Helen Vreeswijk lijkt voor een gemakkelijkheidsoplossing te hebben gekozen door alles snel af te haspelen. Sommige verhaallijnen zijn eerder in het verhaal een stille dood gestorven zonder dat ze in feite iets wezenlijk aan het verhaal hebben bijgedragen: zo wordt er in de eerste hoofdstukken veel aandacht besteed aan Arjans verliefdheid voor een meisje dat hij niet kan bereiken, maar daar wordt in de rest van de roman met geen woord meer over gerept.
Hoewel Vreeswijk haar inspiratie voor haar verhalen vaak haalt uit haar werk bij de recherche, komt dit verhaal niet realistisch over. De passages in het verzorgingstehuis zijn erg uitvergroot, zonder een enkel oog voor de problematiek in rusthuizen. De plek dient enkel als crime scene en blijft verder hangen in stereotiepe beelden.
Ook de dubbele focus op zowel Arjan als Joke werkt niet. Beide verhalen worden niet ver genoeg uitgewerkt waardoor ze geen blijvende indruk maken. Zwijgplicht biedt veel sensatie, maar mist diepgang. [Johanna Ferket]
Verberg tekst